In onze praktijk hebben we een onderzoek gedaan naar de resultaten van
de behandeling van onvruchtbaarheidsklachten bij de vrouw. De behandeling
vond plaats met chinese kruiden en acupunctuur, en werd al dan niet
gecombineerd met kunstmatige westerse methoden (in diverse ziekenhuizen).
83% van de vrouwen (gemiddelde leeftijd 33,6 jaar) werd
zwanger binnen 9 maanden. In de meeste gevallen moest
minimaal 5 maanden behandeld worden. Van de vrouwen die de gecombineerde
chinese/ westerse behandeling deden werd 28 % zwanger op natuurlijke
manier. Het gemiddelde aantal benodigde interventies (ivf, icsi, iui,
cryo) was 1,1. De voorlopige conclusie is dat behandeling van onvruchtbaarheid
met chinese geneeswijze succesvoller is als alleen westerse geneeswijze.
Vanwege het lagere aantal benodigde westerse interventies is het tevens
goedkoper.
Vanwege de kleine onderzoeksgroep zijn definitieve conclusies nog niet
te trekken.
Onderzocht werd het aantal zwangerschappen binnen 1 jaar bij behandeling met acupunctuur en kruidengeneeswijze al dan niet gecombineerd met westerse geneeskunde. De behandeling is een individuele; dat wil zeggen afgestemd op de specifieke situatie van de patiënt. De periode van een jaar werd gekozen omdat voor deze termijn gegevens bekend zijn voor kunstmatige bevruchting met ondersteuning door westerse geneeswijze.
Van de groep patiënten die tussen 2007 en 2009 in behandeling waren voor onvruchtbaarheidklachten, zijn die patiënten meegenomen die ofwel binnen een jaar zwanger waren, ofwel de behandeling minstens een jaar vol hebben gehouden zonder zwanger te worden. Totaal is dit een groep van 12 patiënten. Een andere groep van 7 patiënten stopte binnen een jaar met de behandeling. De redenen hiervoor waren afzien van een kinderwens (2), en teleurstelling over mislukte IVF pogingen bij begeleide behandeling. De ervaring leert dat de wens om zwanger te worden erg groot is, en dat de emoties bij het niet direct slagen van een poging hoog oplopen.
Behandeling was afhankelijk van de situatie van de patiënten gericht op: het verbeteren van eicel kwaliteit, het verbeteren van baarmoederslijmvlies, opheffen van cystes en endometriose, het reguleren van de menstruatie (duur, hoeveelheid bloed verlies, PMS klachten) en het verminderen van bijwerkingen bij hormonale stimulatie. Dit werd gedaan door middel van chinese kruiden als granulaat of hydrofiel concentraat, en door acupunctuur. De chinese kruiden werden over het algemeen gegeven in 2 of 3 verschillende formules (oestrogene fase, progestagene fase, en eventueel menstruele fase). Afhankelijk van de situatie werd gekozen voor 1 of 2 behandelsessies per 4 weken, die op een specifiek tijdstip in de cyclus werd gekozen (voor het doen van acupunctuur en het bijstellen van de kruidenformules). Na een eventuele terugplaatsing werd gebruik gemaakt van een 'an tai' formule om de innesteling te bevorderen. Bij de punctie en terugplaatsing werd gebruik gemaakt van het protocol met betrekking tot acupunctuur dat in 2002 is getest door Paulus et al.
Het hierboven aangehaalde onderzoek van Paulus e.a. werd recentelijk
weersproken door het onderzoek van Boivin en Schmidt. Vanuit de chinese
geneeswijze is het een vreemd idee dat een standaard (niet geïndividualiseerde)
behandeling op een deelaspect van infertiliteit (te weten stress bij
punctie, en doorbloeding van de uterus bij terugplaatsing) een duidelijk
effect zou hebben. Dat de onderzoeken en meta studies het effect hiervan
niet kunnen aantonen noch kunnen ontkennen is mijns inziens een kwestie
van een verkeerde benadering van de situatie en de toepassing van chinese
geneeswijze. Daarnaast is de keuze voor acupunctuur als behandelmethode
mijns inziens onterecht. In het klassieke werk 'huang di nei jing' werd
al vermeld dat kruiden moeten worden gebruikt voor ernstige aandoeningen,
en acupunctuur voor het bevorderen van gezondheid. Dat blijkt ook uit
de klinische situatie in China waar 70 % van de behandelingen met kruiden
gedaan worden. Vanuit de visie van de chinese geneeswijze zou behandeling
van infertiliteit zich moeten richten op alle aspecten daarvan. Aangezien
deze van persoon tot persoon verschillen heeft alleen een geïndividualiseerde
behandeling zin.
Onvruchtbaarheid bij de man werd grotendeels uitgesloten doordat in
de meeste gevallen al eerder een samenlevingsonderzoek werd gedaan.
2. Het aantal westerse interventies Bij behandeling adviseer
ik mijn patiënten voldoende tijd te nemen tussen de westerse interventies.
De chinese geneeswijze stelt een mislukte ivf poging qua belasting gelijk
aan een zwangerschap, en gaat uit van 9 maanden herstel. Ze heeft ook
een model dat de positieve of negatieve invloed van hormoonbehandeling
op vruchtbaarheid verklaart. Het aantal westerse interventies voor start
van de gecombineerde behandeling bij vrouwen die niet zwanger worden
is 3 keer zo hoog, als bij vrouwen die wel zwanger worden. Het is niet
duidelijk of er een verband is tussen het hoge aantal westerse interventies
en het niet slagen van de behandeling met chinese geneeswijze. Datzelfde
geldt voor het verband tussen het verlaagde aantal westerse interventies
en het slagen van de behandeling met chinese geneeswijze. Een dergelijke
conclusie wordt ook gesuggereerd in het onderzoek
van prof. dr. Poppe (VU Brussel)
Het lijkt
er op dat met gecombineerde behandeling een zelfde of hoger slagingspercentage
bereikt kan worden met minder (dure) westerse interventies. In het kader
van kostenreductie is dat een interessant gegeven.
3. Tijdsduur van de behandeling Om te kunnen vergelijken met het resultaat van westerse behandeling (volgens prof. Kremer) werd gekozen voor een periode van een jaar. Het resultaat zou echter niet anders geweest zijn als gekozen was voor een periode van 9 maanden. Het lijkt er ook op dat de grootste groep (60 %) minimaal 5 maanden chinese behandeling nodig heeft om zwanger te worden. Natuurlijk is dit gerelateerd aan de oorzaak van de onvruchtbaarheid. Zo zal een hormonaal probleem sneller opgelost zijn als een probleem met de eicel kwaliteit. Na 9 maanden lijken dan de kansen af te nemen.
4. Leeftijd Opmerkelijk is dat de groep niet zwangere vrouwen 2 jaar jonger is als de groep zwangere vrouwen. Een mogelijke conclusie hiervoor is dat niet de leeftijd maar de specifeke situatie (een geschiedenis met veel westerse interventies, mogelijk schildklierproblemen) het probleem is (zie bij 2.) Samenvattend lijkt het dat een gecombineerd oosters westerse behandeling even effectief en goedkoper is dan alleen westerse behandeling. Gezien de kleinschaligheid van het onderzoek kan dit natuurlijk niet meer zijn dan een voorlopige conclusie. Een grootschaliger onderzoek lijkt zinvol. Vanwege de kleinschaligheid is er voor gekozen niet verder te verdelen in een groep alleen behandeling met chinese geneeswijze, en een groep met gecombineerde behandeling. In een grootschaliger onderzoek lijkt dat interessant.
* Deze resultaten werden door prof. dr. Kremer genoemd in een interview.